Van de redactie

Voor de leerlingen van Jezus moet de dag van Pasen een indrukwekkende en ook verwarrende dag zijn geweest. Het evangelie van Johannes, waar we deze weken uit lezen, vertelt dat Maria van Magdala als eerste gezien heeft dat het grafleeg is. Simon Petrus en een andere leerling hebben het ook gezien, en daarna is Jezus aan Maria verschenen. Hij heeft haar verteld dat hij zal opstijgen naar zijn vader. Op de avond van die eerste dag zitten de leerlingen bij elkaar; uit angst hebben ze deur op slot gedaan, zo vertelt het verhaal. En dan gebeurt het ineens, dat Jezus in hun midden komt staan. ‘Vrede zij met jullie,’ zegt hij. Het is een alledaagse groet. Het klinkt zo vertrouwd, en tegelijk moet het zo verbijsterend en verrassend zijn geweest. Tomas, die er op dat moment niet bij is, kan het haast niet geloven. Is Jezus echt opgestaan?

Het thema van deze periode is: De groeten! Een groet kan heel gewoon en alledaags zijn. De uitdrukking ‘de groeten!’ kan zelfs afwerend klinken: ga jij maar weg. Maar in de Bijbelse verhalen gebeurt met die groeten iets onvoorstelbaars. De Bijbel vertelt hoe God zelf mensen begroet. In al hun verwarring, angst en verdriet, en ook in hun blijdschap en hun verlangen – het wonder gebeurt, dat God mensen begroet. In de weken tussen Pasen en Pinksteren mogen we daarmee leven. We horen verhalen over verschijningen van Jezus en we lezen over wat Jezus gezegd heeft in de tijd vóór Pasen. Het zijn woorden die vertrouwen geven, dat Jezus zijn volgelingen niet loslaat.

Vanaf Hemelvaartsdag begint een wat langere serie verhalen uit Handelingen. Daarin horen we hoe Gods kracht mensen helpt om het verhaal van Jezus verder te vertellen.

Ik wens u en de kinderen weer veel mooie momenten rondom deze verhalen!

Met vriendelijke groet,

Erik Idema,
Hoofdredacteur Kind op Zondag